Leefbaarheid en welzijn

Doelen

Versterken zelforganiserend vermogen etc.

Leefbaarheid, wijkgericht werken en welzijn

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

  • het versterken van het zelforganiserend vermogen in woon- en leefomgeving,
  • het stimuleren van het ontstaan en in stand houden van ( preventieve) steunnetwerken,
  • het overtuigen van bewoners van Zwolle dat persoonlijke inzet voor de publieke zaak verschil kan maken en er toe doet,
  • het stimuleren en coördineren van vitale coalities die een bijdrage leveren aan de kwaliteit van woon- en leefsituatie in buurten en wijken.

Streefdoel/indicator

  • bij de het Buurt voor buurt-onderzoek 2014 heeft elke buurt minimaal een percentage van 70% van de inwoners dat aangeeft zich verantwoordelijk te voelen voor de leefbaarheid. Het stedelijk gemiddelde blijft minimaal het gemiddelde van de meting 2011 ( 80%).
  • Bij het Buurt voor buurt-onderzoek 2014 geldt voor elke buurt dat minimaal 35% van de buurtbewoners aangeeft in het afgelopen jaar zich actief heeft ingezet voor het verbeteren van de buurt.
  • Bij het Buurt voor buurt-onderzoek 2014 is in alle buurten minimaal een percentage van 40% van de bewoners dat aangeeft dat de gemeente voldoende doet om bewoners te betrekken bij ontwikkelingen in de buurt.

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

Bij de het Buurt voor buurt-onderzoek 2014 heeft elke buurt minimaal een percentage van 70% van de inwoners dat aangeeft zich verantwoordelijk te voelen voor de leefbaarheid. Het stedelijk gemiddelde blijft minimaal het gemiddelde van de meting 2011 ( 80%).

In iedere buurt minimaal stedelijke gemiddelde 2011

Stedelijk gemiddelde BvB 2014 : 79 %
Buurten onder 70%:

  • Binnenstad-zuid : 67%
  • Het Noorden : 65%
  • Bollebieste : 65%
  • Dieze-centrum : 66%
  • Indischebuurt : 67%
  • Kamperpoort : 66%
  • Holtenbroek IV : 63%
  • 2011: aandacht voor buurtproblemen (% veel +voldoende)= stedelijk gemiddeld 48%
  • Betrekt bewoners bij buurtveranderingen (% ja)= stedelijk gemiddeld 43%
  • Afgelopen jaar actief geweest in de buurt=  stedelijk gemiddeld 40%
  • Schaalscore inzet buurt 2011: 3,4 stedelijk gemiddelde

In iedere buurt minimaal stedelijke gemiddelde 2011

2011: Stedelijk gemiddelde 49%

2014: Stedelijk gemiddelde 45%

2014: Stedelijk gemiddelde: 37%

2014: Stedelijk gemiddelde 3,4

Veerkrachtige Zwolse civil society

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

Een veerkrachtige Zwolse civil society waarin burgers bereid zijn iets voor elkaar te doen en als actieve burgers een bijdrage leveren aan de samenleving.

Streefdoel/indicator

Toename vrijwillige inzet/actief burgerschap
Bevorderen participatie van ouderen en eenzaamheidgevoelens onder jongeren en ouderen verminderen

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

Vrijwillige inzet in de buurt: 40 %
(buurt voor buurt onderzoek 2011).

25,9 % van de bevolking is als vrijwilliger actief (Arcon).

Stijging met 10 %.

Stijging met 5 %.

2014: Stedelijk gemiddelde: 37%
Ondanks intensieve inzet van de Vrijwilligerscentrale en gericht aanbod van sociaal culurele activiteiten is o.a. als gevolg van de rijksbezuiniging op de maatschappelijke stages VO de veronderstelde groei achtergebleven.

39 % van de ouderen voelt zich wel eens eenzaam (GGD Monitor 2011).

Daling met 5 %.

GGD monitor is niet geactualiseerd

8 % voelt zich ernstig tot zeer ernstig eenzaam (GGD monitor 2011).

Daling met 2 %.

Zie opmerking GGD monitor

38% van de mensen tussen de 19 en 65 jaar oud voelt zich wel eens eenzaam GGD-monitor 2008).

Daling met 5%.

Zie opmerking GGD monitor

3 % van de inwoners van Zwolle, vanaf 18 jaar, voelt zich vaak tot altijd eenzaam. (buurt voor buurt-onderzoek 2013).

Daling met 1%.

2014: stedelijk gemiddelde: 3%.
Een tweetal stadsdelen is gedaald naar 2% (Stadsdelen West en Zuid)

Krachtige straten, buurten en wijken

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

Krachtige straten, buurten en wijken waarin sprake is van een sterke sociale samenhang en een prettige, leefbare en veilige woonomgeving.

Streefdoel/indicator

Vergroten en versterken van het buurtkapitaal zodat de kwaliteit van de buurt verhoogd wordt. Indicatie vindt plaats op basis van het “Buurt voor buurt” onderzoek en de Veiligheidsmonitor.

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

In 2011 en 2012 zeggen 92% van de bewoners tevreden te zijn over het wonen in de eigen buurt.

In 2014 blijft de tevreden over de eigen woonomgeving ten minste gelijk aan de tevredenheid in 2012.

2014: 93%

De veiligheidsbeleving van bewoners in de eigen buurt en wijk in 2011 en 2012 is 7,2.

In 2014 is de veiligheidsbeleving van bewoners in de eigen wijk en buurt gestegen naar 7,5.

2014: 81% van de respondenten geeft aan zelden of nooit 's avonds onveilig te voelen.

Het aantal meldingen van overlast door jongeren bedroeg in 2011: 735 en in 2012: 805.

Het aantal meldingen van overlast door jongeren bedraagt in 2014 maximaal 700.

Gegevens 2014 nog niet bekend.

De sociale cohesie heeft in 2011 het gemiddelde cijfer van 6,1 gekregen en is in 2012 gedaald naar 5,9.

In 2014 is het cijfer voor “sociale cohesie” gestegen naar 6,5.

2014: 6,0

Stimuleren buitenschoolse omgeving

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

Het stimuleren van een buitenschoolse omgeving (pedagogisch buurtklimaat) waarin jeugdigen zoveel mogelijk hun talenten kunnen ontwikkelen.

Streefdoel/indicator

Het ondersteunen van jongeren bij een zinvolle vrijetijdsbesteding

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

Het aantal jongeren dat met behulp van het jongerenwerk aan zinvolle vrijetijdsactiviteiten deelneemt.
2013: 1500 individuele jongeren bereikt met ambulant jongerenwerk. 1000 individuele jongeren bereikt door accommodatiegebonden jongerenwerk.

in 2014 zijn door het ambulant jongerenwerk gemeentebreed minimaal 1600 individuele jongeren bereikt en door het accommodatiegebonden jongerenwerk worden nog eens minimaal 1800 individuele jongeren actief bereikt.

In 2011 is 24% van de bewoners tevreden over de voorzieningen voor jongeren, in 2012 is dat gestegen naar 28%.

In 2014 bedraagt de tevredenheid over voorzieningen voor jongeren minstens 35%

2014:tevredenheid is gestegen naar 29%.

Vergroten bespreekbaarheid LHBT

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

Vergroten bespreekbaarheid homoseksualiteit (Lesbiennes-Homoseksuelen-Biseksuelen-Transgenders (LHBT))  in religieuze kring en onderwijs

Streefdoel/indicator

Het bereik van onderwijsinstellingen uitbreiden en het onderhouden van bestaande contacten met religieuze (allochtone) groepen.

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

12 religieuze (allochtone) groepen

12 religieuze (allochtone) groepen

Op basis van de positieve gesprekken met de religieuze (allochtone) groepen wordt het homo-emancipatie vanaf 2013 ingezet voor de (uitbreiding) van de interactieve toneelvoorstellingen op scholen (10).

  5 onderwijsinstellingen

10 onderwijsinstellingen

Integratie integraal onderdeel binnen alle beleidsterreinen

Doelstellingen/maatschappelijke effecten

Integratie integraal onderdeel binnen alle beleidsterreinen.

Streefdoel/indicator

Per 2014 is inclusief beleid toegepast.

Nulsituatie

Norm voor 2014

Wat is in 2014 gerealiseerd

2010-2014

overgangsfase

Afgerond.
Inclusief beleid is voldoende ingebed.

Relaties met andere programma’s

Programma 7: onderwijs en jeugd
Programma 8: veiligheid
Programma 9: integraal beheer openbare ruimte
Programma 10: sociaal economische redzaamheid
Programma 11: bijstandverlening en armoedebestrijding
Programma 14: gezondheid en zorg